zaterdag 3 november 2012

Zo zie ik jou

Langzaam kwijn je weg.
Verdwenen is je spontane lach.
En wat ik ook zeg,
't is net of het niets vermag.

Je problemen zijn te groot.
Is er een mens die je kan helpen,
helpen in deze grote nood,
om de bloedende wonden te stelpen?

Ik zie, je kijkt maar rond,
op zoek naar een toegestoken hand.
Maar steeds triester wordt de trek om je mond
en je dwaalt, als in een verloren land.

De tranen laten hun sporen op je gezicht.
Verdriet en pijn lijken een schild
dat om je heen is opgericht.
Maar er is niets dat die schreeuw stilt.

Jaren zijn voorbij gegaan.
De pijn verergert, zo ook je verdriet.
Mensen schreeuwen: 'Wat doe je jezelf toch aan,
je gaat kapot, zie je dat dan niet?'

Je jankt en keert ze de rug toe.
Maar binnenin woedt de storm
en je denkt, 't is uit liefde waarom ik alles doe.
Ondertussen ga je door, zomaar voor de vorm.

En ik, ik zie en hoor alles aan
en binnenin is er een diepe pijn,
om jou, waarom moet het zo gaan.
Ook voor jou moet er toch iets moois zijn?

's Avonds vouw ik mijn handen voor jou
en bid met mijn gehele hart,
omdat ik zoveel van je hou
en je bevrijdt wil zien van alle smart.

O God, geef hem toch een antwoord op z'n vragen.
Laat hier toch een eind aan komen.
Hetzij met of zonder haar.
Help hem, Heer Jezus, dit te dragen.
Ermee naar U te komen.
Hetzij alleen of met elkaar.

Heer Jezus, houdt U hem vast,
blijf dicht bij hem
in deze duist're nacht.
Geef hem de vrouw die bij hem past.
Leer hem luisteren naar Uw stem
en ervaren Uw grote macht.

Heer Jezus, 'k leg het al in Uwe hand,
want Uw trouw houdt eeuwig stand.
In blijde, maar ook droeve dagen.
We hoeven er slechts om te vragen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten