zaterdag 2 maart 2013

Onvoorstelbaar ...

Hij had de gestalte van God,
maar heeft zich niet willen vastklampen
aan zijn gelijkheid met God.
Filippenzen 2:6

Jezus, het beeld van de onzichtbare God.
2 Korinthiërs 4:4, Kolossenzen 1:15

Jezus, de afstraling van Gods heerlijkheid en de afdruk van zijn wezen.
Hebreeën 1:3

Vader, neem Mij nu bij U  en verheerlijk Mij met de glorie die Ik had bij U, voor de wereld bestond.
Johannes 17:5




Stil en met diep ontzag
ben ik vervuld
als ik deze woorden
tot mij door laat dringen.
Ik buig mijn hoofd
vol van ontroering
en bewogenheid,
en van diep berouw.

De stille woorden van mijn hart
vinden hun weg naar boven,
waar ik om vergeving vraag
dat Hij dit voor mij ‘moest’ doen.

Met mijn woordenloze gebed
dank ik Hem voor wat Hij
voor mij heeft opgegeven
en gedaan.

Stille vreugde maakt zich dan
van mij meester en diep van binnen
begint het eerst zachtjes,
maar dan steeds luider te zingen.

Tot mijn mond de stilte verbreekt
en ik Hem uit volle borst
de lof en eer toe zing
die Hem toekomt.

Heilig, heilig, heilig,
heilig bent U Heer!
Waardig, waardig, waardig,
om te ontvangen al
mijn lof, dank en eer.

Glorie, glorie, glorie
voor de allerhoogste Heer!
U wil ik loven,
U wil ik prijzen,
U wil ik aanbidden.
Nu, morgen,
ja, telkens weer.
Lees meer op 'Into Your Hands'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten